Samen zoeken naar Günter
SS Totenkopf RAD (Ober)Feldmeister
Op deze website vindt u de resultaten van mijn zoektocht tot nu toe naar mijn biologische Duitse grootvader Günter. Hij heeft aan het begin van de Tweede Wereldoorlog, in de periode augustus-november 1940, een kortstondig contact gehad met mijn grootmoeder Margaretha Petronella Büller. Achteraf bleek dat een 'foute' keuze te zijn geweest van Margaretha. Negen maanden later, op 21 juni 1941, is mijn vader Günter Hans Schuling (John) ter wereld gekomen in "Heim Hochland" te Steinhöring. De eerste Lebensborn-kliniek die is opgezet onder leiding van Heinrich Himmler.
Tijdens de zoektocht kwam ik erachter dat mijn grootmoeder op 27 jarige leeftijd weduwe was geworden op 12 mei 1940, na een huwelijk van 10 maanden. Na de inval van de Duitsers op 10 mei 1940 is haar man Allard August Weddepohl neergeschoten tijdens een vuurgevecht bij Mill in Noord-Brabant. Allard was wachtmeester ingedeeld bij het eskadron Pantserafweergeschut van het 2e Regiment Huzaren Motorrijders, gelegerd in ’s-Hertogenbosch en Vught.
Op 4 augustus 1943 is Margaretha hertrouwd met Franciscus Schuling. Deze Franciscus meldde zich 'vrijwillig' aan voor de NSSK om zo Arbeitseinsatz te ontlopen. Zij hebben het verhaal over de vermeende verkrachting door een SS Officier tot aan hun dood verteld aan hun omgeving.
Op 29 oktober 1944 om 13:00 uur, toen het zuidelijke deel van Nederland was bevrijd, is mijn grootmoeder gearresteerd. Dit was een start van haar internering op diverse locaties in Nederland, waaronder: Kamp Vught, Villa Coebax te Vught en omgeving Maastricht/Valkenburg. Mijn vader was toen 3 jaar en zij had een baby van 2 maanden oud. De kinderen werden in deze periode gescheiden van hun moeder en ondergebracht in diverse kindertehuizen (Eindhoven, Breda en Moergestel) en bij particulieren (Vught en Breda). Hij kwam met een gehoorbeschadiging en trauma terug bij zijn moeder.
Haar man Franciscus Schuling werd gearresteerd in juni 1945, om vervolgens geïnterneerd te worden in Kamp Vught. In deze periode schreef hij talloze briefjes en smokkelde deze naar buiten via Margaretha. In augustus 1946, na zijn internering, voegt hij zich bij haar in Villa Coebax. In juli 1947 zijn zij terug gegaan naar Den Haag.
Een rondgang door de archieven en persoonlijke brieven gaf mij een completer beeld over deze periode. De informatie die ik vond was verhelderend, maar tegelijkertijd ook heel confronterend. Regelmatig liepen mij de rillingen over het lijf.
Ik wil anderen stimuleren op zoek te gaan naar hun familiegeschiedenis, hoe confronterend deze ook kan zijn. Mijn hoop is dat wij hiervan leren en begrijpen wat de impact is voor latere generaties.
N.B. Wist u dat in 2025 de CABR-dossiers digitaal doorzoekbaar worden?
Hulp nodig bij uw zoektocht? Laat een bericht achter.